Woordvolgorde

§2. Woordvolgorde in hoofd- en bijzinnen
De term 'woordvolgorde’ betekent in de taalkunde vaak: de volgorde waarin het werkwoord, het onderwerp en de voorwerpen staan. We gaan daarbij uit van de hypothese van de Amerikaanse taalkundige Noam Chomsky die stelt dat het taalvermogen grotendeels is aangeboren, niet aangeleerd.

Hij formuleerde zijn theorie op basis van een aantal observaties:

-        alle kinderen (en tot op zekere hoogte ook de meeste volwassenen) kunnen alle talen leren
-        alle talen bevatten vergelijkbare grammaticale constructies; werkwoorden en zelfstandige naamwoorden komen bijvoorbeeld universeel voor.

Zijn theorie veronderstelt een gemeenschappelijk mechanisme dat alle talen van de wereld gemeen hebben: de universele grammatica. Alle mensen delen deze universele grammatica en afhankelijk van de input kiest je brein de grammaticaregels die passen bij de taal die aan jou wordt aangeboden. Een van de onderdelen die je brein hierbij moet uitvogelen is de standaardvolgorde van je taal.

Let’s Clap!

Animatie 7
Bekijk hieronder animatie 7. Woordvolgorde in hoofd- en bijzinnen en maak aantekeningen in je schrift.


Vraag 1 t/m 8 (duo’s)

De vragen hieronder maak je samen met je buurman of buurvrouw. Ook deze vragen gaan over animatie 7. Kies jij voor ‘leerling A’, laat dan je buurman/-vrouw kiezen voor ‘leerling B’. Jullie maken nu elk drie vragen en helpen elkaar. Als jullie klaar zijn, verzend je de antwoorden en kun je deze nakijken met behulp van een antwoordenblad dat je bij je docent kunt ophalen. Werk je liever alleen of haal je deze les in (omdat je bijvoorbeeld ziek bent geweest) kies dan voor ‘leerling C’. Succes!

Vraag 1 t/m 7 (individueel)

De vragen hieronder gaan over animatie 7. Je maakt ze individueel om te checken of je de theorie goed begrepen hebt. Als je klaar bent, verzend je je antwoorden en worden ze meteen (automatisch) nagekeken. Bij elke vraag zie je feedback staan. Neem die goed door voordat je verder gaat. Zo weet je precies welke onderdelen je al beheerst en welke onderdelen nog wat extra aandacht verdienen.

Gelukt? Ga dan verder met vraag 1 t/m 8 in duo’s hiernaast.