Grammaticale functie

§4. Naamval
Naamval is één van de manieren waarmee in een taal duidelijk gemaakt kan worden welk zinsdeel welke grammaticale relatie aangaat met het werkwoord. Je zou het kunnen zien als een jasje dat een woord of woordgroep aantrekt. Hiermee krijgt het een andere verschijningsvorm. Een verschijningsvorm die past bij de functie in de zin. In deze video gaan we bekijken hoe dat precies werkt en wat je nog meer duidelijk kunt maken met behulp van het concept naamval.

De meest bekende zijn de 1e en 4e naamval, die je bij het vak Duits vast wel eens hebt gehoord. Meestal duiden deze naamvallen het grammaticaal onderwerp en het lijdend voorwerp aan. In sommige talen worden ze nominatief en accusatief genoemd. Bijvoorbeeld in het Latijn en het Grieks.

Overigens maken het Nederlands en het Engels ook gebruik van naamval bij persoonlijke voornaamwoorden. We zullen dit laten zien met behulp van de persoonlijke voornaamwoorden ‘hij’ en ‘hem’.

Let’s Clap!

Animatie 4
Bekijk hieronder animatie 4. Naamval en maak aantekeningen in je schrift.


Vraag 1 t/m 8 (duo’s)

De vragen hieronder maak je samen met je buurman of buurvrouw. Ook deze vragen gaan over animatie 4. Kies jij voor ‘leerling A’, laat dan je buurman/-vrouw kiezen voor ‘leerling B’. Jullie maken nu elk drie vragen en helpen elkaar. Als jullie klaar zijn, verzend je de antwoorden en kun je deze nakijken met behulp van een antwoordenblad dat je bij je docent kunt ophalen. Werk je liever alleen of haal je deze les in (omdat je bijvoorbeeld ziek bent geweest) kies dan voor ‘leerling C’. Succes!

Vraag 1 t/m 7 (individueel)

De vragen hieronder gaan over animatie 4. Je maakt ze individueel om te checken of je de theorie goed begrepen hebt. Als je klaar bent, verzend je je antwoorden en worden ze meteen (automatisch) nagekeken. Bij elke vraag zie je feedback staan. Neem die goed door voordat je verder gaat. Zo weet je precies welke onderdelen je al beheerst en welke onderdelen nog wat extra aandacht verdienen.

Gelukt? Ga dan verder met vraag 1 t/m 8 in duo’s hiernaast.